Zo gevarieerd en kleurrijk ­onze cultuur is, zo eentonig wit zijn haar bestuursorganen.

Vlaanderen barst van het culturele ­talent. Dans, film, muziek, theater, mode ... Overal in de kunstenwereld vind je getalenteerde mensen die de diversiteit in onze samenleving weerspiegelen. Kunstenaars heb je in alle leeftijden en elk gender. Het zijn mensen die in Vlaanderen geboren zijn of hier later hun thuis vonden, met verschillende sociaal-economische achtergronden, die gelovig zijn of juist niet, en ga zo maar door. Het maakt onze cultuursector rijk, en de verhalen die verteld worden gevarieerd. Aan variatie in onze instellingen dus geen gebrek. Helaas geldt dat maar tot op zekere hoogte. Zodra je gaat kijken naar de bestuurs­organen van onze erg gevarieerde kunstenwereld, krijg je saaie eenheidsworst: nog altijd zijn het voornamelijk witte mannen, meestal van een zekere leeftijd, die er de plak zwaaien. Dat is een gemiste kans. Door meer diversiteit binnen te brengen in organisaties, ook – of ­beter gezegd: zéker – daar waar de beslissingen genomen worden, maak je organisaties sterker, weerbaarder en creatiever. Zeker in tijden waar de hele culturele wereld kraakt onder opeenvolgende coronagolven zou dit niet zomaar weggewuifd ­mogen worden. (Oude) witte mannen En toch is dat precies wat de Vlaamse minister-president Jan Jambon (N-VA), ook bevoegd voor Cultuur, doet. Eind juni 2020 kreeg hij de nieuwe Bestuurscode Cultuur overhandigd. Niet ­alleen wijst die code op de nood aan deskundige ­bestuurders – dat spreekt voor zich – ook wordt in de code sterk aanbevolen om ‘structureel en consistent in te zetten op diversiteit’. Dat sluit ­helemaal aan bij de Visienota Kunsten die de minister-president zelf eerder schreef: ‘Ik wil dat in dit ­kader een beleid rond diversiteit, ­inclusie en fair practices opgezet wordt.’ Helaas blijken dat niet meer dan loze woorden te zijn geweest. Dit jaar waren er al twee benoemingsrondes van bestuurders, leden van de algemene vergaderingen en regeringscommissarissen in Vlaamse culturele instellingen, bij onder meer het VAF, de AB en het Antwerp Symphony Orchestra. Wij maakten een analyse van die politieke benoemingsrondes. Het enige spoor van diversiteit dat je in die bestuursorganen terugvindt, is een gelijke verdeling van mannen en vrouwen bij de bestuurders. Maar daar is dan ook alles mee gezegd. Zowel bij de algemene vergaderingen (met een verhouding 70/30) als bij de regeringscommissarissen (met een verhouding 60/40) zijn het nog altijd voornamelijk mannen die aan het roer zitten. De verhouding bij de voorzitters van raden van bestuur is nog troostelozer: slechts 1 van de 11 recent benoemde voorzitters is een vrouw: Inge Vervotte die voorzitter werd bij De Singel. Hoe meer macht er verdeeld wordt, hoe minder vrouwen je ziet. Daarbij komt dat gender maar één diversiteitscriterium is. Dat dit het enige criterium is waarbij we in de buurt van een evenwicht ­komen, zegt ­helaas alles over het ­gebrek aan ­diversiteit op andere vlakken. Pijnlijke vaststelling Kandidaten voor bestuursfuncties worden voorgesteld door parlementaire fracties. Het is een pijnlijke vaststelling dat de meeste fracties geen oog blijken te hebben voor ­diversiteit, als ze hun kandidatenlijst opstellen. Bij de voorstelling van kandidaten moet niet alleen naar bekwaamheid, maar ook naar representatie gekeken worden: vormt de lijst van kandidaten een ­realistische weerspiegeling van de maatschappij? Met alleen maar witte mannen als kandidaten krijgt vernieuwing geen kans. Zeker in de cultuursector is dat nefast voor de werking: hoe kan een wereld die leeft van vernieuwing en creativiteit immers gebaat zijn bij bestuurs­organen die daar volledig haaks op staan? Als er één witte man is die de sleutels in handen heeft om hier iets aan te doen en een stevige nieuwe wind door de sector te laten waaien, dan is het Jambon zelf. Dus, beste minister-president, leg de lat inzake diversiteit voor de kandidaturen hoog. Moedig fracties aan om actief op zoek te gaan naar diversiteit bij hun kandidaten en geef ze daar de nodige tijd voor. We zeiden het eerder al: onze kunstenwereld stikt van het ­talent. Zie erop toe dat die getalenteerde mensen, die een waaier aan diversiteit en vernieuwing kunnen binnenbrengen, daar de kans toe krijgen. Het talent en de mensen zijn er. U hoeft ze alleen maar mee uit te nodigen aan ­tafel. Elisabeth Meuleman en Lotte StoopsParlementsleden voor Groen & voorzitters van de Commissie Cultuur in het Vlaams en Brussels Parlement

Do you see content on this website that you believe doesn’t belong here?
Check out our disclaimer.